Logo kdcl img

Slimme ICT noodzakelijk voor verdere innovatie in bouwlogistiek

ICT en Bouwlogistiek
19 september 2018 / 1601

Aanleveren via bouwhubs en koppeling van vrachtauto’s met verkeersmanagement-systemen: de bouwsector werkt hard aan innovatieve logistieke concepten, maar het is nog niet genoeg. Aannemers, onderaannemers en leveranciers zullen met hulp van ICT-oplossingen nog slimmer moeten opereren om antwoorden te vinden op alle uitdagingen. Walther Ploos van Amstel, lector city logistics aan Hogeschool van Amsterdam, spreekt over de logistieke uitdagingen in de stad tijdens ICT & Logistiek op 7 en 8 november 2018. “De bouwplaats is niet altijd de meeste efficiënte locatie om te bouwen.”

De bouwsector staat voor grote logistieke uitdagingen. Bouwend Nederland verwacht dat in 2040 maar liefst tachtig procent van alle bouwactiviteiten plaatsvindt in de stad. Nu is dat nog maar vijftig procent. Bouwen in de stad betekent bouwlocaties op postzegelformaat. Ruimte om bouwmaterialen op voorraad te houden ontbreekt. Sterker nog: vaak ontbreekt zelfs de ruimte om bouwmaterialen te lossen. Als het gaat om hoogbouw, komt er nog een bottleneck bij: de beperkte capaciteit van kranen en/of liften om de bouwmaterialen op de juiste verdieping af te zetten. Goede planning en afstemming met leveranciers is cruciaal om een bouwproject tot een succes te maken.

Walther Ploos van Amstel noemt nog een ander probleem: het bouwverkeer in de stad. Nu al is 35 procent van de vrachtauto’s in de stad gevuld met bouwmaterialen. Al die vrachtauto’s stoten CO2 uit, verhogen de concentratie fijnstof in de lucht, veroorzaken geluidsoverlast en vergroten de onveiligheid. “Het bouwverkeer moet slimmer, schoner en veiliger”, stelt de lector city logistics aan de Hogeschool van Amsterdam. “Maar ook op de bouwplaats zelf moet de logistiek anders worden ingericht. Door het tekort aan vakmensen moet de bouwsector twintig tot dertig procent productiever worden. Dat kan door vakmensen minder te laten lopen en bijvoorbeeld ‘runners’ in te schakelen voor het klaarzetten van alle spullen.”

GOEDE PLANNINGSCOMPONENT ONTBREEKT

De bouwsector moet dus op zoek naar nieuwe logistieke concepten. Een aantal bouwbedrijven maakt al gebruik van bouwhubs aan de rand van de stad: de leveranciers brengen daar hun bouwmaterialen, waarna die gebundeld en op afroep worden aangeleverd op de bouwplaats. Een andere oplossing is het stroomopwaarts verplaatsen van bouwactiviteiten. Denk aan complete geveldelen die buiten de stad worden geassembleerd en op de bouwplaats in één keer op hun plek worden gehesen. Daarvoor werken bouwbedrijven, onderaannemers en leveranciers al op grote schaal digitaal samen in het Bouw Informatie Model (BIM). In BIM worden alle componenten en onderdelen van een project op elkaar afgestemd, wat ervoor zorgt dat al die geveldelen daadwerkelijk passen.

Wat volgens Ploos van Amstel in BIM ontbreekt, is een goede planningscomponent. “Misschien wordt per bouwproject wel goed samengewerkt, maar nog niet tussen de bouwprojecten onderling. Nu moet een leverancier misschien ’s ochtends op de ene bouwplaats en ’s middags op de andere bouwplaats leveren. Een planningscomponent stelt leveranciers in staat om te zien waar ze in een stad als Rotterdam nog meer moeten leveren, zodat ze die leveringen op elkaar kunnen afstemmen.”

KOPPELING MET VERKEERSMANAGEMENTSYSTEMEN

Digitalisering is ook belangrijk om het bouwverkeer in goede banen te leiden. Telematica maakt het mogelijk om de positie van vrachtauto’s te volgen en de verwachte aankomsttijd te berekenen. De data die verkeersmanagementsystemen genereren, laten zien welke routes op welk deel van de dag de voorkeur genieten. Koppeling van telematica met verkeersmanagementsystemen kan de doorstroming in de binnenstad bevorderen. Denk aan verkeerslichten die op groen springen zodra een vrachtauto met bouwmaterialen nadert. “Gemeenten stellen steeds meer voorwaarden aan de bouwlogistiek. Sommige steden stellen tijdvensters beschikbaar voor bouwprojecten waarvan de logistiek goed geregeld is.”

De bouwsector kan veel leren van het buitenland, blijkt uit onderzoek naar de bouwlogistiek in vijf Europese steden: Stockholm, Göteborg, Wenen, Brussel en Amsterdam. “In Wenen stelt de lokale overheid verplicht dat alle aannemers in een bepaalde wijk samen hun logistiek organiseren. In Stockholm worden alle bouwmaterialen voor een bepaalde wijk verplicht via een bouwhub aangevoerd”, weet Ploos van Amstel. “In Nederland vindt de helft van het bouwverkeer plaats in opdracht van gemeenten. Steeds meer gemeenten stellen in aanbestedingstrajecten eisen aan de organisatie daarvan.”

NIET VERGETEN: SOCIALE INNOVATIE

Ploos van Amstel is onder de indruk van de talenten die de bouwopleidingen in Nederland afleveren. In vrijwel alle opleidingen is de logistieke component de afgelopen jaren enorm verzwaard. “Iedereen gaat up-to-date het werkveld in. Het duurt alleen lang voordat alle logistieke kennis doorsijpelt in de hele organisatie”, stelt de Amsterdamse lector. “Nog te vaak worden vooraf goede logistieke concepten uitgedacht, waarvan in de praktijk weinig van terecht komt. Dan zit er op het bouwproject een uitvoerder die het toch fijner vindt als leveranciers rechtstreeks hun spullen aanleveren in plaats van via een bouwhub. We moeten de sociale innovatie niet vergeten.”

Op de vraag wat de bouwsector nu concreet moet doen, geeft Ploos van Amstel meerdere antwoorden. “Allereerst moeten ze met elkaar om tafel gaan zitten, allianties vormen en gaan samenwerken. Vervolgens moeten ze samen nadenken over de volgorde van activiteiten, denk aan de prefabricage van geveldelen. De bouwplaats is niet altijd de meest efficiënte locatie om te bouwen. Daarna is het zaak om alle activiteiten goed te plannen, het liefst van alle bouwprojecten in de stad samen. ICT-oplossingen spelen daarbij een belangrijke rol, maar zoals gezegd moeten we ook de sociale innovatie niet vergeten. Ga eens met de vakmensen om tafel zitten en vraag hoe hun werk aantrekkelijker kan worden gemaakt.”

Onderwerpen

Bouwlogistiek