Logo kdcl img

Landelijk Greening Corridors Event: "Beter Benutten van Capaciteit"

Op 13 april 2023, vond het Beter Benutten...
26 april 2023 / 1322

Op 13 april 2023, vond het Beter Benutten van Capaciteit event plaats van de SPRONG groep Greening Corridors. Het doel van de dag was het thema, beter benutten van capaciteit, te bespreken en in te zoomen op de kennisagenda welke bestaat uit de onderwerpen synchromodaliteiten, capaciteiten beter benutten en/of planningen delen, en slim onderhoud. Thierry Verduijn, Lector Havenlogistiek van het Center of Expertise HRTech aan de Hogeschool Rotterdam, opende de dag als dagvoorzitter en gaf het woord aan Ron van Duin, Lector Haven- en Stadslogistiek Center of Expertise HRTech, die een inleiding gaf over het thema. Ron van Duin benadrukte het belang van het implementeren van intermodaal vervoer om de capaciteit beter te benutten. Op dit moment groeit het aandeel nog niet zo snel als gehoopt. Daarnaast wordt het wegvervoer steeds schoner waardoor deze schoner kan worden dan andere modaliteiten. Greening Corridors deelt deze mening echter niet. Zij vinden dat wegen overbelast zijn en anders moeten worden gebruikt en dat andere modaliteiten zorgen voor minder belasting van de wegen en verdere verschoning van de andere modaliteiten de positie versterken. Er zijn in Nederland 57 corridor-initiatieven, waarvan er al 42 actief werkbaar zijn. Het doel is om een betrouwbaar vervoersnetwerk te creëren en samenwerking en ruimte rondom de corridors zo goed mogelijk in te richten.

20230413 100152

Uitwerking Kennisagenda Synchromodaliteiten

Een belangrijk onderwerp op de kennisagenda is synchromodaal vervoer. Dit houdt in dat er gebruik wordt gemaakt van meerdere vervoerswijzen om goederen van A naar B te brengen. Het gaat hierbij niet alleen om de keuze van de vervoerswijze, maar ook om het optimaal afstemmen van deze verschillende modaliteiten op elkaar. Zo wordt er onder andere gekeken naar multimodale transportmogelijkheden voor specifieke bedrijven en worden dry port concepten toegepast bij inland terminals. Ook wordt er onderzoek gedaan naar de gedragsanalyse van de drijfveren achter synchromodaal vervoer.

Het delen van capaciteit is het tweede punt op de kennisagenda. Hierbij gaat het om het verbeteren van de planningprocessen rondom corridors en het verbeteren van ICT-systemen om de positie van containers te kunnen volgen. Ook wordt er gekeken naar verdozing in Nederland en worden nachtelijke operaties bestudeerd voor alle vervoerswijzen. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar beleidskwesties voor nieuwe magazijnlocaties en de ontwikkeling van corridorbeheer. Tot slot wordt er gewerkt aan het verbeteren van de footprint, kosten en beschikbaarheid van voertuigen en infrastructuur door de ontwikkeling van slimme Operations Control Centers.

20230413 105645

Een specifiek project dat wordt genoemd op de kennisagenda is het Dry Port 2 Dry Port project. Dit project richt zich op het verbinden van dry ports in Indonesië met de provincie Gelderland in Nederland. Hierbij wordt gekeken naar verschillende aspecten zoals de logistieke keten, de betrouwbaarheid van het vervoer en de benodigde infrastructuur. De transitie naar een Dry Port to Dry Port constructie is nodig. Zo zijn er zowel in Gelderland als in Indonesië verschillende uitdagingen op de weg. In Indonesië zorgt de grootte verkeersdrukte voor stagnaties in de supply chains en in Gelderland kampt de sector met chauffeurstekorten. Erik van Zanten van de HAN Universiteit gaat dieper in op dit project. Het project is begonnen met een handelsmissie van de Minister President Mark Rutte. In het project zijn de provincie Gelderland, ondernemers van Logistics Valley en een aantal partijen uit Indonesië betrokken. Het project heeft als doel om de supply chain efficiënter te maken en zo gunstigere tarieven en minder CO2-uitstoot te realiseren.

Een belangrijke partner in het Dry Port to Dry Port project is Aviko. Aviko heeft sinds kort project 44 geïmplementeerd. Project 44 zorgt voor real time supply chain visibility. Dit wil zeggen dat Aviko op elk moment kan zien waar de producten zich in de supply chain bevinden. Aviko neemt deel aan het Dry Port to Dry Port project vanwege het internationale klantenbestand. Dry ports zorgen voor een efficiëntere afhandeling van internationale handel waar Aviko in geïnteresseerd is. Zo blijkt uit de onderzoeksresultaten dat er veel CO2 bespaard kan worden wanneer er gebruik gemaakt wordt van een volledige dry port to dry port integratie met intermodaal transport er minder opstoppingen, CO2-uitstoot en kosten ontstaan. Om dit te kunnen realiseren is er in het project een Dry port calculatie tool ontwikkeld welke de kosten en uitstoot van CO2 van de huidige situatie meet en vergelijkt met:

  • Een Dry Port to Dry Port transportketen;
  • Met of zonder empty depots bij de container terminal(s);
  • Rail of barge transport.

Tijdens de discussie komt er ter sprake hoe een containerterminal in Nederland kan doorgroeien tot een dry port. Hiervoor zijn faciliteiten nodig, zoals een douane-entrepot en de mogelijkheid om klanten te ontzorgen op het gebied van detentie en demurrage. Daarnaast is langdurige opslagmogelijkheid belangrijk om voorraad op te bouwen voor de klanten en is de juiste locatie met meerdere uitval mogelijkheden essentieel. Daarnaast waren er andere suggesties voor vervolgsacties op dit project gegeven door het publiek:

Ten eerste, kan de vertraging die wordt veroorzaakt door de keuring van containers met verse goederen in Rotterdam worden verminderd door dit proces te verplaatsen naar een dry port in het achterland? Dit is iets wat de NVWA zou moeten onderzoeken om te zien of het haalbaar is. Een ander punt is dat reefer containers momenteel alleen terug naar Rotterdam gaan en er geen depot in het achterland is. Elk land heeft zijn eigen reefer voorraad en er zijn nog geen uitwisselingen tussen rederijen. Het is belangrijk om nieuwe oplossingen te zoeken om dit probleem op te lossen en te voorkomen dat alle partijen voor hetzelfde platform moeten gaan werken. Ten slotte, het Project 44 werkt alleen wanneer het in de hele keten wordt toegepast. Het is essentieel om nieuwe manieren te vinden om dit te implementeren zonder dat alle partijen in de keten voor hetzelfde platform hoeven te kiezen.

Door deze suggesties te onderzoeken en implementeren, kan het Dry Port to Dry Port-project worden verbeterd en geoptimaliseerd om de efficiëntie en productiviteit te verhogen en de vertragingen en problemen in de logistieke keten te verminderen.

Joint Corridors Off-Road

Het Joint Corridors Off-road project werd door Frans van den Boomen, Topsector Logistiek, gepresenteerd. Joint Corridors Off-Road is een samenwerkingsprogramma tussen bedrijven en neutrale partijen om robuuste transportcorridors te bouwen die betrouwbaar, frequent en werkbaar zijn. Het doel is om duurzame transportalternatieven te ontwikkelen, zoals binnenvaart, om de afhankelijkheid van de weg te verminderen. Het programma heeft tot dusver 42 joint corridors en 424 vertrekken gecreëerd om wegtransport naar watertransport te verplaatsen, wat heeft geresulteerd in een jaarlijkse verplaatsing van 3.000.000 TEU en een vermindering van 811.000 CO2-uitstoot op jaarbasis. Dit programma is ook verantwoordelijk voor het afleggen van een afstand van 382.000.000 km op jaarbasis.

Het programma werkt samen met verschillende hogescholen en studenten om de ontwikkeling van duurzame transportroutes te onderzoeken en te bevorderen. Studenten, bekend als "off-road runners", werken samen met bedrijven en neutrale partijen om een ecosysteem/platform te ontwikkelen voor duurzame transportroutes. Het onderwijsprogramma bevat masterclasses en lessen en wordt momenteel uitgebreid naar andere hogescholen en het mbo. De lessen worden ook als e-learningmodule gemaakt om meer studenten te kunnen bereiken.

Naast deze twee projecten worden er ook nog andere projecten uitgevoerd binnen de kennisagenda: Maturity modelontwikkeling (TU Delft), Compose 3.0 & FMAAS.

20230413 113410

Rail freight, the future is ours & Bertschi: Dry port in actie

Na de presentaties van de kennisagenda vond 'Rail freight, the future is ours'. De presentatie werd gegeven door Caroline Koiter, Directeur bij Railcargo Information Netherlands en Matthew Hartveld, Operations Manager bij Bertschi/Railtalent 2023. Tijdens de presentatie werd ingegaan op het stimuleren van het gebruik van spoor-goederenvervoer door promotie en voorlichting. Ook werd besproken hoe het imago van de sector verbeterd kan worden en hoe er gezorgd kan worden voor matchmaking tussen deelnemers.

Een belangrijke reden om te kiezen voor spoor-goederenvervoer is het chauffeurstekort in de transportsector, klimaatverandering, congestie en wetgeving zoals de vrachtwagenheffingen en de green deal white paper of transport. Volgens deze paper moet in 2030 al het transport boven de 300 kilometer een modal shift hebben gemaakt.

20230413 114818

Na de presentatie van Railcargo ging Matthew Hartveld van Bertschi vertellen over het spoorvervoer in de praktijk en hoe het bedrijf zich onderscheidt door de nauwe samenwerking met klanten. Het bedrijf heeft intermodale terminals in Nederland waarbij 90% van het vervoer intermodaal (spoor en short sea) plaatsvindt. De first en last mile van het vervoer vindt via de weg plaats. Zo heeft Bertschi bijvoorbeeld een terminal in Rotterdam waar containers afgezet kunnen worden en waar klanten ontzorgd worden, ook met betrekking tot douaneafhandeling. Het bedrijf heeft in de laatste 3 jaar een stijging van 30% gezien met betrekking tot containervervoer.

Matthew ging in op de locaties Terneuzen en Rotterdam waar Bertschi fungeert als Dry Port voor een aantal belangrijke klanten. Zo wordt de opslag en uitlevering van de containers aan de klanten verzorgd maar ook de douaneafhandeling.

De stellingen die besproken werden tijdens de presentatie waren interessant en relevant voor de toekomst van rail freight. De eerste stelling was dat logistiek een imagoprobleem heeft en dat het lastig is om de juiste mensen aan te trekken. Bertschi deelde enkele ideeën om dit probleem aan te pakken, zoals het aanspreken van jongeren door middel van digitalisering en studenten een kijkje laten nemen achter de schermen van de logistieke sector. Daarnaast is er twee jaar geleden gestart met het project railstaffer EU, waarbij er curricula ontwikkeld worden die aangepast kunnen worden door hogescholen en universiteiten om de skills van studenten aan te laten sluiten op de toekomst van de rail sector. De tweede stelling was dat de consument niet geïnteresseerd is in waar hun producten vandaan komen en hoe ze vervoerd worden. Bertschi suggereerde dat het inzichtelijk maken van de ketens voor de consument hierbij kan helpen. Door bijvoorbeeld QR-codes op producten te plaatsen, kunnen consumenten eenvoudig informatie opvragen over waar het product vandaan komt en hoe het vervoerd is. De derde stelling was dat er geïnvesteerd moet worden in goede infrastructuur als we echt werk willen maken van de modal shift. Dit werd tijdens de presentatie bevestigd, omdat er opgemerkt werd dat de prognose voor spoorgoederen positief is en dat de discussie over infrastructuur zal groeien. In Nederland is er momenteel 7.000 kilometer aan spoor en buiten de Betuweroute wordt alles dubbel gebruikt voor zowel passagiers als goederen. Er zijn echter ook uitdagingen, zoals de verschillende spoorbreedtes in Europa, waardoor overslag aan de grenzen moet plaatsvinden en treinen zeer technisch zijn. Om de modal shift naar spoorvervoer te realiseren is er dan ook behoefte aan verdere investeringen in infrastructuur.

Compose 2.0, The Transport Game

Na deze presentatie volgde de pauze waarna de Transport Game werd gespeeld met het publiek gemodereerd door Frans Cruijssen & Anabela Cantiani (Tilburg University). Er werd gesproken over het gebruik van modellen om de beladingsgraad te verbeteren in de transportwereld via samenwerkingsverbanden en coalities. Echter blijken deze initiatieven in de praktijk niet te worden toegepast. Om deze reden zijn psychologische concepten in onderhandelingen zichtbaar gemaakt in een onderhandelingsspel. Uit dit spel bleek dat de sterke spelers als snel uit een coalitie worden gezet, ofwel sterkte is zwakte. Toen het spel met de aanwezigen gespeeld werd bleek ook dat de kleinste spelers een coalitie hadden gevormd, de grote spelers worden buiten beschouwing gelaten.

20230413 130546

Studenten en de Compose techniek

Een van de technieken welke bedrijven kunnen ondersteunen bij samenwerkingsverbanden als bij de Transport Game is de Compose techniek. Dit is een stappenplan om kansen van samenwerken te identificeren met betrekking tot het delen van capaciteiten (transport, warehousing etc.) van verladers en logistiek dienstverleners.

De Compose techniek wordt ook bijgebracht aan de studenten van de Hogeschool Rotterdam legt Pim Warffemius uit. Studenten gaan op zoek naar bedrijven waar de huidige situatie in kaart wordt gebracht, vinden van verbeteringen op basis van de Compose methodiek en het opleveren van een goed implementatieplan voor de samenwerkingsverbanden.

Zo zijn er twee projecten uitgevoerd bij twee verschillende verladers waar er op maat gemaakte adviezen, afgestemd op de verladers, werden gegeven. Voor de eerste verlader, een distributeur van speelgoed, werd het advies gegeven om op de korte termijn meer opslagcapaciteit te voorzien met behulp van een partner. Het langere termijn advies was om de Compose methodiek te gebruiken met behulp van een consultant om zo het meest geschikte samenwerkingsverband op te zetten. De tweede verlader, een ontwikkelaar, importeur en groothandel van meubilair, werd door middel van de Compose techniek knelpunten in het samenwerkingsverband geïdentificeerd. Het advies wordt gegeven om de samenwerkingsverbanden opnieuw te evalueren, een systeem van gezamenlijke KPI’s op te zetten in combinatie met een betere integratie van de digitale infrastructuur en het delen van data.

20230413 133751

Nextlogic, integrale planning van concept tot realisatie

De laatste presentatie van de dag werd gegeven door Sijbrand Pot, Managing Director van Nextlogic, over de integrale planning van concept tot realisatie in de haven van Rotterdam. Nextlogic gebruikt KPI's en parameters om de planning in de haven rustiger en eerlijker te maken en zorgt voor een soepele afhandeling en betrouwbare laad- en lostijden. De betrouwbaarheid van de planning blijkt belangrijker dan de havenverblijftijd. Dit alles is mogelijk door de data welke Nextlogic mee rekent en de KPI’s welke zijn gebruikt om de performance in kaart te brengen.

Ook is er nagedacht over situaties waarin het systeem zou kunnen falen, waarvoor er draaiboeken zijn opgesteld voor alle mogelijke situaties om ervoor te zorgen dat de haven niet stilvalt. Toekomstige uitdagingen van Nextlogic zijn onder andere capaciteitsbenutting en digitalisering, waarbij AI en het benutten en inzetten van data belangrijke factoren zijn.

Nextlogic is binnen 8 maanden volledig geïntegreerd in de haven van Rotterdam. Na 2023 gaat Nextlogic stappen ondernemen om het railtransport naar het achterland op te nemen in het systeem.

Tot slot

Tot slot vroeg Thierry Verduijn het publiek voor welke eye openers deze dag heeft gezorgd, zo gaf iemand aan dat het opmerkelijk was dat de grote partijen vanuit de menselijke kant vaak worden buitengesloten, logistiek gezien is een grote partij juist wel vaak interessant. Iemand gaf aan dat duidelijker was geworden dat de inzet van jonge mensen en dingen in de praktijk gewoon gaan doen heel belangrijke stappen tot verandering zijn. Iemand anders vond weer dat er door de jaren heen niet zoveel veranderd is, dezelfde thema’s blijven spelen maar deze nieuwe technologieën kunnen wel veel te weeg brengen.

Als laatste concludeerde Ron van Duin dat er heel veel gebeurt en er veel enthousiasme is om met de nieuwe ontwikkelingen naar een doel toe te werken: het beter benutten van capaciteit.